Borstvoeding na een keizersnede geven kan prima. Ik heb het zelf ook gedaan. Soms kan het wat meer inspanning vereisen, maar als je doorzet dan gaat het sowieso lukken. In deze informatieve blog kan je lezen wat er anders is bij borstvoeding na een keizersnede en krijg je tips om de kans van slagen te vergroten.
Wat zijn de fysieke beperkingen na een keizersnede?
Een bevalling middels een keizersnede is wel wat anders dan een vaginale bevalling. Je hebt namelijk een enorme buikwond die je zeer beperkt in het bewegen en waarvoor je tijd moet nemen om te herstellen. De eerste dagen zal je aan bed gekluisterd zijn en ben je afhankelijk van anderen. Zij moeten de baby bij je brengen.
Als het mogelijk is kan je baby bij je op de kamer slapen (rooming-in) waardoor je snel kunt inspelen op de behoefte van je kind. Het probleem is alleen dat iemand anders je baby moet aangeven omdat je nog niet kan tillen en je bed niet uit kan.
Na een dag of twee gaat de katheter en infuus eruit en ben je al iets mobieler. Maar nog steeds kan je jouw kind niet tillen. In totaal blijven de meeste vrouwen ongeveer 5 dagen in het ziekenhuis na een keizersnede.
Heb je complicaties tijdens de bevalling gehad, dan kan het zijn dat je langer moet blijven. Wat een voordeel is, is dat in het ziekenhuis alle hulp aanwezig is die je nodig hebt. Je hoeft maar te bellen of de verpleging komt eraan om je baby aan te geven of in het bedje te leggen. Daarnaast lopen er vaak ook lactatiekundigen rond die je kunnen helpen bij de borstvoeding.
Doordat je een behoorlijke buikwond hebt, kan het soms even zoeken zijn naar de juiste houding om borstvoeding te geven. Probeer met de hulp van de verpleging uit te zoeken welke houding het beste werkt. Meestal is de rugbyhouding goed of je geeft je baby de borst in de zijligging. Jij en je baby liggen beide op de zij, buik aan buik. Bekijk hier de verschillende voedingshoudingen.
Wat is er anders bij borstvoeding na een keizersnede?
Hoe de borstvoeding na een keizersnede precies kan verlopen hangt af van of het een geplande of spoedkeizersnede was. Ook de verdoving speelt een rol. Waar het op neer komt, is dat het heel belangrijk is dat je baby na de bevalling meteen bij je kan liggen voor huid-op-huidcontact en de eerste voeding. Zeker als je een keizersnede hebt gehad. Dit wordt ook wel ‘het gouden uur genoemd’.
Tegenwoordig is dit mogelijk in ziekenhuizen die een ‘natuurlijke keizersnede’ aanbieden. Je baby wordt na de bevalling meteen op je borst gelegd. Je baby kan dan snel drinken, of in ieder geval een goede poging doen. Maar dit is alleen mogelijk als je een plaatselijke verdoving hebt gehad en niet onder gehele narcose bent gegaan.
Uit de narcose
Ben je wel onder narcose gebracht, dan is het belangrijk dat je baby meteen bij je wordt gebracht vanaf het moment dat je wakker wordt en je controle hebt over je lichaam. Hoewel je dan niet dat eerste belangrijke moment met je baby hebt gehad, hoef je jezelf geen zorgen te maken dat de borstvoeding na de keizersnede niet meer gaat lukken. Belangrijk is wel dat je partner in de tussentijd dat fijne huid-op-huidcontact kan bieden aan je kind.
Heb je een plaatselijke verdoving gehad, dan hoef je niet te wachten en kan je baby meteen bij je gelegd worden.
Couveusekindje
Het kan zijn dat je baby te vroeg geboren wordt en daarom in de couveuse moet. De borstvoeding goed opstarten is dan wat lastiger omdat je baby waarschijnlijk nog niet de kracht heeft om goed te drinken. Je kunt dan de borstvoeding op gang brengen door elke 3 uur te kolven.
Mijn baby woog 1870 gram bij de geboorte en kon ook nog niet drinken. Ik heb toen ook moeten kolven. De eerste dagen kreeg ze kunstvoeding via cupje of sonde, toen mijn melkstroom op gang kwam, kreeg ze mijn moedermelk. Tevens oefenden we elke dag met aanleggen en zorgde we voor zoveel mogelijk huid-op-huidcontact.
Het heeft bijna 3 weken geduurd, maar uiteindelijk is het gelukt om mijn kindje borstvoeding te geven. De aanhouder wint! Laat je goed begeleiden en vraag altijd om hulp aan een lactatiekundige. Lees hier mijn ervaring met borstvoeding geven na een keizersnede.
Tips bij geven van borstvoeding na een keizersnede
Na de keizersnede is borstvoeding geven is niet per se moeilijker dan na een vaginale bevalling. Zolang je het op de juiste manier probeert en blijft proberen, gaat het zeker lukken.
-
Geplande keizersnede? Bereid je voor!
Vraag van te voren bijvoorbeeld hoe snel je baby bij je gebracht kan worden, of een ‘natuurlijke keizersnede’ mogelijk is, of je de baby op de operatiekamer al aangelegd kan worden, of rooming-in mogelijk is en of je jouw baby op verzoek kunt voeden.
-
Leg je baby zo snel mogelijk aan
Probeer je baby zo snel mogelijk aan te leggen, het liefst meteen na de geboorte.
-
Zorg voor veel huid-op-huid contact
Huid-op-huidcontact is heel belangrijk voor jullie binding en het op gang brengen van de melkproductie.
-
Leg je baby vaak aan
Om je melkproductie op gang te brengen moet je jouw baby zo vaak mogelijk aanleggen, zo om de 2 tot 3 uur. Hoe vaker je borsten gestimuleerd worden, hoe beter.
-
Lukt aanleggen niet, ga dan kolven
Het is absoluut niet vreemd als het aanleggen de eerste keren nog niet goed verloopt. Om toch je borsten te stimuleren is het goed om te kolven.
-
Zoek een comfortabele voedingshouding
Het is heel belangrijk dat je jezelf compleet comfortabel voelt tijdens het voeden, want je zal wel een tijdje in een houding moeten zitten/liggen. Neem hier dus de tijd voor en forceer niets. Als je niet lekker ligt, dan moet je echt een andere houding aannemen.
-
Zorg dat je baby goed kan aanhappen
Borstvoeding gaat alleen goed verlopen als je baby goed kan aanhappen en goed is aangelegd. Laat je hierin goed adviseren en bijstaan door professionals in het ziekenhuis en later thuis door de kraamverzorgster.
-
Heb geduld!
Borstvoeding geven na een keizersnede vraagt soms om veel geduld op te brengen. In veel gevallen gaat borstvoeding niet vanzelf, zeker niet als je kindje te vroeg is geboren. Blijf geduldig, blijf oefenen met aanleggen en je zal zien dat je baby op een gegeven moment het licht ziet en goed bij je kan drinken.
