Een op de twintig vrouwen krijgt tijdens de zwangerschap te maken met zwangerschapsdiabetes. Het ontstaat meestal wanneer je 24 weken zwanger bent. Zwangerschapsdiabetes, ook wel zwangerschapssuiker genoemd, kan je herkennen aan de hand van een aantal symptomen. Als je deze opmerkt is het verstandig direct je huisarts in te lichten zodat je actie kan ondernemen. Blijf er niet mee rondlopen omdat het gevaarlijke gevolgen kan hebben voor jouzelf en de baby. Lees hier hoe je de symptomen kunt herkennen en wat je kunt doen!
Wat is zwangerschapsdiabetes?
Als je zwangerschapsdiabetes (Diabetes Gravidarum) hebt, is het suikergehalte in je bloed te hoog. Dat komt omdat je lichaamscellen door de zwangerschap minder gevoelig zijn voor insuline (ook wel insulineresistentie genoemd). Het gevolg is dat het suiker in je lichaam niet goed wordt opgenomen door je lichaamscellen en dus in je bloed blijft zitten.
Hoe ontstaat zwangerschapssuiker?
Tijdens de zwangerschap ondergaat je lichaam veel hormonale veranderingen. Normaal gesproken reageert je lichaam hierop door meer insuline aan te maken om ervoor te zorgen dat je lichaam genoeg suiker opneemt. Maar als je zwangerschapssuiker hebt kan je lichaam niet genoeg insuline aanmaken, waardoor deze niet goed wordt opgenomen door je lichaamscellen. Je kunt hier dus niets aan doen!
Symptomen zwangerschapsdiabetes
Als je onderstaande symptomen opmerkt kan het zijn dat je last hebt zwangerschapsdiabetes. Neem dan meteen contact op met je huisarts:
- Veel dorst tijdens zwangerschap;
- Vaker plassen;
- Je kind is groter dan gemiddeld.
Gevolgen van zwangerschapsdiabetes
Zwangerschapssuiker heeft gevolgen voor jouzelf als moeder en voor je kindje.
-
Gevolgen voor de moeder
Gevolgen die het meest schadelijk kunnen zijn voor de moeder zijn uitdroging (omdat je meer suiker en dus vocht uit plast) en een verminderde weerstand tegen ziektes. Daarnaast heb je een verhoogd risico op een blaasontsteking en een ontsteking van je baarmoeder.
-
Gevolgen voor de baby
Doordat je bloed meer suiker bevat betekent dit automatisch dat het bloed van je baby ook een verhoogd suikergehalte heeft. Het gevolg is dat je kindje sneller groeit en zwaarder wordt. Je kindje moet ook meer plassen. Deze urine komt in het vruchtwater terecht waardoor je meer vruchtwater in je baarmoeder hebt. Doordat je kindje sneller is gegroeid en je baarmoeder te veel vruchtwater bevat rekt je baarmoeder verder op waardoor de kans groter wordt dat je vroegtijdig bevalt.
Andere gevolgen voor je baby:- Je baby is groter dan gemiddeld;
- Er ontstaat een vertraagde rijping van de longen;
- Je baby kan na de geboorte een te lage bloedsuikerspiegel krijgen (hypoglycemie) en dit kan gevaarlijk zijn. De baby zal waarschijnlijk in het ziekenhuis moeten blijven;
- Je baby kan het benauwd hebben tijdens de zwangerschap en/of de bevalling;
- Het kan voorkomen dat je baby schade oploopt tijdens de bevalling.
-
Gevolgen voor de bevalling
Je baby is een stuk groter dan een gemiddelde baby tijdens de bevalling. Hierdoor bestaat de kans dat de bevalling moeizaam gaat verlopen. Dit hoeft niet altijd het geval te zijn. Bij sommige vrouwen gaat de bevalling minder moeizaam omdat zij bredere bekken hebben of al eerder zijn bevallen. Toch zal je uit voorzorg altijd in het ziekenhuis moeten bevallen als zwangerschapsdiabetes is geconstateerd.
Behandeling zwangerschapsdiabetes
Als de arts heeft geconstateerd dat je zwangerschapssuiker hebt, zal hij of zij je eerst doorsturen naar een diëtiste. Met een dieet zal geprobeerd worden je suikergehalte in het bloed te verlagen. Meestal houdt dit dieet in:
- Aanpaste inname van kilocalorieën;
- Minder suiker en verzadigd vet;
- Kleinere maaltijden verdeeld over de dag;
- Dagelijks minstens 2 stuks fruit en minimaal 250 gram groenten;
- Koolhydraten inname alleen uit volkoren producten, peulvruchten en aardappelen;
- Geen alcohol en geen sigaretten. Blijft je suikergehalte na een aantal weken boven de 7 millimol per liter (terwijl dit er onder moet zitten) dan wordt er overgegaan naar een behandeling met insuline spuiten.
Lees hier meer tips om zwangerschapssuiker onder controle te houden!
Wanneer heb je een verhoogde kans op het krijgen van zwangerschapsdiabetes?
Hoewel in principe iedere zwangere vrouw zwangerschapssuiker kan ontwikkelen, zijn er een aantal vrouwen die een verhoogd risico hebben:
- Als je eerder bevallen bent van een baby die zwaarder was dan 4 kilo;
- Iemand in je familie heeft zwangerschapsdiabetes gehad;
- Iemand in je familie heeft diabetes type II;
- Als jijzelf eerder zwangerschapsdiabetes hebt gehad;
- Je bent ouder dan 35 jaar;
- Als je overgewicht hebt voordat je zwanger werd (met een BMI hoger dan 30);
- Je huidige cholesterol of bloedsuiker te hoog zijn.
Is één van bovenstaande punten op jou van toepassing, geef dit dan altijd aan bij je huisarts of verloskundige. In 9 van de 10 gevallen krijg je weer zwangerschapsdiabetes als je dit bij een eerdere zwangerschap ook hebt gehad.
Hoe voorkom je zwangerschapssuiker?
Helaas is er niet heel veel wat je kunt doen om zwangerschapssuiker te voorkomen. Maar er is wel één ding dat je in de hand hebt en dat is je huidige gewicht en gezondheid.
Heb je momenteel overgewicht of een te hoog cholesterol en wil je graag zwanger worden? Dan is het goed om eerst wat gewicht te verliezen voordat je gaat proberen een kindje te verwekken.
Daarnaast is het altijd bevorderlijk voor jouw gezondheid en die van je ongeboren kindje dat je gezond en gevarieerd eet. Begin daar al voor je zwangerschap mee. Veel suiker, veel alcohol drinken voor de zwangerschap en verzadigd vet is sowieso niet goed voor je gezondheid en kun je beter zoveel mogelijk vermijden.